Gepubliceerd op 14/07/2025
In een recente casus werd een natuurlijke persoon, zijnde de bestuurder van een managementvennootschap, samen met zijn managementvennootschap gedagvaard voor de stakingsrechter wegens het vermeend onrechtmatig verkrijgen en gebruiken van bedrijfsgeheimen, hetgeen ook werd beschouwd als een inbreuk op het artikel VI.10 WER.
De natuurlijke persoon betwistte de bevoegdheid van de rechtbank omdat het artikel VI.104 WER enkel van toepassing is wanneer “een onderneming de beroepsbelangen van een of meer andere ondernemingen schaadt” en hij vond niet als een onderneming te kunnen worden beschouwd omdat hij niet is ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO).