Stay on track

Stay on track

MOVING YOU FORWARD

Nieuwsbrief

Terug naar overzicht

Wijzigingen op til in het erfrecht!

Gepubliceerd op 24/05/2017
Tags: Erfenis

Binnenkort wordt het erfrecht grondig hervormd. Minister van Justitie Koen Geens diende begin 2017 een wetsvoorstel in tot wijziging van het erfrecht, waarin o.a. werd gesleuteld aan enkele verouderde 19de eeuwse basisbeginselen van het familiaal vermogensrecht die niet meer stroken met de diversiteit aan gezinsvormen in onze huidige samenleving.


Wij vatten voor u de belangrijkste van deze op til zijnde hervormingen even samen:

1. De reserve: grotere vrijheid voor de erflater

In het huidige erfrecht varieert de grootte van de reserve naargelang het aantal kinderen van de erflater: hoe meer kinderen, des te kleiner de beschikkingsvrijheid van de erflater is. Wie één kind heeft, kan vrij beschikken over de helft van zijn nalatenschap. Heeft u twee kinderen, dan wordt het beschikbaar deel beperkt tot een derde, en heeft u drie kinderen of meer, dan wordt uw vrijheid als erflater beknot tot slechts een kwart van uw nalatenschap. Deze tot op vandaag geldende regeling staat volledig in het teken van het traditionele gezin, en is dan ook achterhaald in de context van onze huidige maatschapij.

Het nieuwe erfrecht maakt daarom komaf met deze regeling en zorgt ervoor dat u als erflater altijd volledig vrij kan beschikken over de helft van uw nalatenschap, ongeacht het aantal kinderen dat u heeft.

Doel van deze maatregel bestaat erin om de erflater de mogelijkheid te geven om zijn nalatenschap te verdelen rekening houdend met zijn specifieke gezinssituatie. Te denken valt aan de situatie van nieuw samengestelde gezinnen, waarbij het bijvoorbeeld de bekommernis is van de erflater om zijn erfenis gelijk te verdelen onder zijn twee eigen kinderen en de twee kinderen van zijn partner, of aan de situatie van erflaters met veel kinderen die een omvangrijker deel van hun erfenis willen laten toekomen aan een gehandicapt kind. Het huidige erfrecht verhindert de erflater om dergelijke wensen ingewilligd te zien. De nieuwe regeling past hier een mouw aan, zonder dat daarbij geraakt wordt aan de wettelijke reserve van de kinderen: een volledige onterving van uw kind blijft onmogelijk.

Omgekeerd wordt ook de reserve van de ouders afgeschaft. Deze afschaffing van de ascendentenverdeling wordt evenwel opgevangen door een systeem waarbij ouders een onderhoudsgeld kunnen vorderen van de nalatenschap van hun overleden kind indien zij behoeftig zijn en op voorwaarde dat hun overleden kind zelf geen afstammelingen nalaat.

2. Mogelijkheid om erfovereenkomsten te sluiten

Anticiperen op de verdeling van uw nalatenschap door het sluiten van erfovereenkomsten is onder het huidige erfrecht absoluut verboden.

De wetgever wenst dit strikte verbod nu te verzachten: het principieel verbod op erfovereenkomsten blijft van toepassing, maar er wordt voorzien in bepaalde uitzonderingen.

Zo laat het nieuwe erfrecht onder bepaalde voorwaarden toe dat u als erflater vóór uw overlijden rond de tafel gaat zitten met uw kinderen en een globale, bindende erfovereenkomst sluit. Het is daarbij strikt noodzakelijk dat alle erfgenamen bij deze overeenkomst worden betrokken en de overeenkomst voor akkoord ondertekenen.

De mogelijkheid om erfovereenkomsten te sluiten biedt interessante opportuniteiten. Zo kan u als erflater bijvoorbeeld uw stiefkinderen betrekken bij deze globale erfovereenkomst, kan een regeling op maat worden uitgewerkt voor uw familiebedrijf of kunnen al uw kinderen beslissen om afstand te doen van hun deel in de nalatenschap, zodat uw erfenis rechtstreeks toekomt aan uw kleinkinderen.

3. Schenkingen worden ingekort en ingebracht in waarde, niet langer in natura

Indien u tijdens uw leven een aantal schenkingen heeft verricht, en na uw overlijden zou blijken dat deze schenkingen het voorbehouden erfdeel van uw reservataire erfgenamen hebben overschreden, kunnen uw erfgenamen de inkorting van deze schenkingen vragen. De regels hieromtrent zijn zeer omslachtig en problematisch, daar voorzien wordt dat de geschonken goederen in natura naar de nalatenschap moeten terugkeren. In de praktijk leidt dit frequent tot ongewenste neveneffecten.

Om komaf te maken met de problemen die de inkorting in natura in de praktijk oplevert, koos de wetgever voor een reserve en inkorting in waarde. Dit betekent dat de begunstigde van de schenking de geschonken goederen mag behouden, maar dat hij louter de waarde van deze schenking dient te vergoeden aan de nalatenschap. De begunstigde is op die manier verzekerd van het feit dat hij de geschonken goederen ook effectief mag houden, hetgeen de rechtszekerheid bevordert.

De wetgever trekt dit principe ook verder door voor wat betreft de inbreng: schenkt u als erflater op voorschot aan een erfgenaam, dan betekent dit (in tegenstelling tot bij een schenking buiten deel), dat deze erfgenaam de schenking bij uw overlijden moet inbrengen in uw nalatenschap. In het huidige recht diende deze schenking in bepaalde gevallen in natura te worden ingebracht, maar deze regeling wordt nu gewijzigd naar een inbreng in waarde, zodat alleen de waarde van deze schenking wordt verrekend in de nalatenschap.

Een voorbeeld:

Schenkt u aan uw zoon een onroerend goed en blijkt later bij uw overlijden dat deze schenking de reserve van zijn broer heeft overschreden, dan dient uw zoon onder het huidige erfrecht de geschonken woning in beginsel terug te geven, terwijl hij onder het toekomstige recht zijn broer met gelden zal kunnen compenseren.

Schenkt u aan uw ene zoon een onroerend goed en aan uw andere zoon cash geld overeenstemmend met de waarde van dit onroerend goed, dan kan dit onder het huidige recht eveneens ongewenste en onbillijke gevolgen hebben. Immers bepaalt de huidige wet dat het onroerend goed gewaardeerd wordt op het moment van de verdeling van de nalatenschap, terwijl roerende goederen zoals cash geld gewaardeerd worden op het ogenblik van de schenking. Concreet: uw ene zoon zal zijn broer dienen te vergoeden bij een waardestijging van zijn woning, terwijl uw andere zoon - die deze gelden eveneens heeft aangewend voor de aankoop van zijn gezinswoning - hiertoe niet gehouden is.

De nieuwe regeling klikt de waarde van de schenking, zowel voor roerende als voor onroerende goederen, vast op één specifiek tijdstip, met name de dag van de schenking. Het is duidelijk dat deze nieuwe regeling ten goede komt aan de rechtszekerheid.

4. Samenwonen

Ook aan het statuut van partners die buitenechtelijk samenwonen wordt gesleuteld in die zin dat de vermogensrechten en -plichten verder worden uitgewerkt. Belangrijk is ook dat het statuut van wettelijke samenwoners voortaan wordt beperkt tot personen in liefdesrelaties.

Celine Wolfs