1. In onderling akkoord
De pachter en de verpachter kunnen in onderling akkoord overeenkomen om de pacht te beëindigen.
Een mondeling akkoord of een onderhands geschrift is evenwel niet voldoende.
De wet vereist de tussenkomst van de notaris of van de vrederechter. Het akkoord moet dus in een notariële akte gebeuren ofwel bij verklaring voor de vrederechter.
Er moet hierbij opgemerkt worden dat er veel modaliteiten mogelijk zijn inzake de termijn; de beëindiging hoeft niet meteen in werking te treden vanaf het akkoord dat men onderteken.
Voorbeeld: op 5 april 2024 ondertekent de pachter en de verpachter een notariële pachtbeëindiging, waarbij zij overeenkomen dat de pacht wordt beëindigd, maar pas met ingang van 15 november 2026. Beide partijen hebben zekerheid dat de pacht is beëindigd, maar de pachter mag nog 2 seizoenen het pachtgoed gebruiken.
2. Opzegging door de pachter
De pachter kan ten allen tijde opzeggen, met een opzeggingstermijn van 1 jaar in acht te nemen.
Hij hoeft hiervoor geen reden te geven.
Bij het overlijden van de pachter, kunnen de erfgenamen ook opzeggen met een verkorte opzeggingstermijn van 3 maanden, en dit in het jaar van het overlijden van de pachter.
3. Ontbinding van de pachtovereenkomst
Bij ernstige tekortkomingen van de pachter, kan de verpachter de ontbinding van de overeenkomst vorderen.
Artikel 37 van het Pachtdecreet omschrijft volgende situaties:
- niet voorzien van dieren en gereedschap die nodig zijn voor het landbouwbedrijf;
- als de pachter met de bebouwing ophoudt;
- als de pachter bij de bebouwing niet als een voorzichtig en redelijk persoon handelt;
- als de pachter het gepachte goed voor een ander doel aanwendt dan wat waarvoor het bestemd was;
- als de pachter op ernstige wijze de bepalingen van de pachtovereenkomst schendt en er daardoor schade ontstaat voor de pachter
Voorbeelden: stopzetten van landbouwbedrijf, systematisch toestaan van cultuurcontracten zonder enige leiding van de pachter, toestaan van cultuurcontracten met flagrante miskenning van de voorwaarden inzake het cultuurcontract, overtredingen inzake de onderpacht/pachtoverdracht (zonder toelating), …
De ontbinding zal altijd door de rechter moeten worden uitgesproken, de vrederechter zal de “tekortkomingen” moeten beoordelen en in functie daarvan de ontbinding al dan niet uitspreken.
Een uitdrukkelijk ontbindend beding heeft dus geen waarde en is nietig.
Ingeval van ontbinding door de schuld van de pachter, zal deze ook gehouden zijn tot schadevergoeding.
4. Opzegging door de verpachter
De opzeggingsmogelijkheden door de verpachter kunnen opgesplitst worden in 4 categorieën, waarbij er een beroep moet worden gedaan op één van de volgende artikelen: artikel 10, 11, 12 of 13 van het Pachtdecreet.
Hieronder zetten wij het schema uiteen, teneinde goed het verschil met vroeger te kunnen zien.
OUD
NIEUW
Als je als eigenaar-verpachter de pachtovereenkomst wil opzeggen, moet je je altijd eerst de vraag welk van deze artikelen je eventueel mogelijkheden biedt om tot opzegging over te gaan.
In de volgende bijdrage gaan wij verder met de inhoudelijke bespreking van deze opzeggingsmogelijkheden. (deel 6)