Stay on track

Stay on track

Moving you forward

Journal

Retour au liste

Digitalisering van het vennootschapsrecht: wat zijn de gevolgen?

Publié le 08/11/2021

Op 15 juli 2021 werd de Wet van 12 juli 2021 tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en van de wet van 16 maart 1803 tot regeling van het notarisambt en houdende diverse bepalingen ingevolge de omzetting van Richtlijn (EU) 2019/1151 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 met betrekking tot het gebruik van digitale instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht (hierna de "Wet Digitalisering Vennootschapsrecht") gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

De Wet Digitalisering Vennootschapsrecht heeft voor een gedeeltelijke omzetting van EU Richtlijn 2019/1151 gezorgd, dewelke kadert in het oogmerk van de Europese Unie om het ondernemingslandschap verder te digitaliseren.

Wat zijn nu de belangrijkste wijzigingen die de Wet Digitalisering Vennootschapsrecht met zich meebrengt?


1. ‘Online' oprichting vennootschap

Vanaf 1 augustus 2021 kan men een vennootschap ‘online' oprichten. Dit houdt in dat men vanaf deze datum niet meer fysiek dient te verschijnen voor een notaris om een vennootschap op te richten. Men kan dit nu ook doen via elektronische middelen zoals via videoconferentie en elektronische ondertekening, zodat een fysieke verplaatsing naar de notaris niet meer nodig is.

Deze mogelijkheid van de ‘online' oprichting van een vennootschap moet het oprichten van een vennootschap vereenvoudigen. Het doel is dat potentiële oprichters van startups aangemoedigd worden een vennootschap op te richten door het oprichtingsproces te vergemakkelijken.

De notaris kan in bepaalde gevallen wel nog steeds de fysieke verschijning van een partij eisen, namelijk indien:

  • er redenen zijn om te vermoeden dat er identiteitsfraude gepleegd is;
  • dit noodzakelijk is om de naleving te controleren van de regels inzake de handelingsbekwaamheid en/of de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de partij (indien zij optreedt voor een rechtspersoon).

Deze digitale oprichting van een vennootschap zal mogelijk zijn voor alle rechtspersonen, met uitzondering voor de oprichting die gepaard gaat met een inbreng in natura.

2. Introductie mandatendatabank

Een tweede belangrijke nieuwigheid bestaat erin dat de Wet Digitalisering Vennootschapsrecht een zogenaamde ‘Mandatenrechtbank' invoert.

Deze wijziging kwam er daar men een duidelijke en toegankelijke database wenste te creëren om niet enkel de identiteit van de bestuurders te kunnen nagaan, maar ook om de vertegenwoordigingsbevoegdheden van de bestuurders te raadplegen. Voorheen diende men immers door diverse Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad te navigeren om alle informatie betreffende de bestuurders te weten te komen.

Tengevolge van de Wet Digitalisering Vannootschapsrecht zal men al deze informatie inzake de bestuurders en hun handtekeningsbevoegdheden op één plaats centraliseren. Zodoende zal het gemakkelijker en efficiënter worden om deze belangrijke gegevens online te consulteren.

De wet heeft tot gevolg dat dergelijke (wijzigingen aan de) één- of meerhandtekeningsclausules steeds zullen moeten neergelegd en bewaard worden in deze elektronische databank.

Het is van belang aan te stippen dat deze mandatendatabank op heden nog niet raadpleegbaar is. De inwerkingtreding van deze mandatendatabank is uitgesteld tot de Koning heeft aangewezen waar deze akten bewaard zouden kunnen worden. Een concrete datum waarop dit zou gebeuren is nog niet bekend.

3. Conclusie

De Belgische Wetgever heeft via de Wet Digitalisering Vennootschapsrecht de Europese Richtlijn gevolgd in haar oogmerk om het vennootschapsrecht verder te digitaliseren. Zowel de toegankelijkheid en de snelheid van een digitale oprichting als een efficiënte en eenvoudige raadpleging van vennootschapsrechtelijke informatie zorgen voor een digitale stap vooruit in het ondernemingslandschap.

Ina Beelen, advocaat